dinsdag 20 november 2012

Theophilis Fase

Theophilus is geboren in 1756 in Sint Annaland. In het dagelijks leven houden ze het korter en noemen ze hem Theo. Hij groeit op met zijn drie jaar oudere broer Pieter, en zijn jongere zusjes Ploontje en Christina. Tot twee keer toe was er een broertje met de naam Isak, maar beiden zijn al jong overleden. Theo is vijftien als hij opnieuw een broertje met die naam krijgt. Theo leert Arjaantje Bouterse uit Colijnsplaat kennen. Ze is negen jaar ouder, en Theo is nog erg jong, maar dat staat hen niet in de weg op 6 februari 1774 te trouwen. Ze gaan in Sint Annaland wonen. Een paar maanden later trouwt broer Pieter met Neeltje Berkus.
Op 1 januari 1775 wordt de nieuwe psalmberijming algemeen ingevoerd. Maar niet in Sint Annaland. Er is de laatste tweehonderd jaar uit de berijming van Datheen gezongen en voor veel gemeenteleden is er geen enkele reden om daar verandering in te brengen. In tegenstelling tot de hun vertrouwde woorden is de nieuwe berijming er in hun ogen een van mensenwoorden en niet goddelijk geinspireerd. En dus is alles om godswil bij het oude gebleven. 
Als op 14 november van het jaar van de invoering een zware storm en watersnood dood en verderf brengt, is het voor de strenge broeders duidelijk waar het aan te danken is. Ze zien er, net als in het afbranden van de Amsterdamse schouwburg, de straffende hand Gods in. De afgekalfde duinen staan steil langs de met wrakhout van vergane schepen bezaaide kust. Havenhoofden zijn weggeslagen, huizen en schuren staan in ondergelopen polders tot aan de dakgoot onder water; veel vee is er verdronken en de oogst van het afgelopen jaar is met het kolkende water weggespoeld.  
Ruim een maand later, op 24 december 1775, laten Theo en Arjaantje hun zoon Merkus dopen. Ze hebben hem vernoemd naar de vader van Arjaantje. Een week later begint de januarimaand met vorst. Het wordt even een paar dagen wat milder, en dan begint een vorstperiode die nog lang onderwerp van gesprek zal blijven. De wind blijft maar uit het noordoosten waaien en de kou wordt steeds gemener. Op de 26e en de 27e is het bij harde wind uit het oosten ruim 15 graden onder nul. De rivieren vriezen in ijltempo dicht. Voor Vlissingen is het ijsveld niet af te zien en ligt er voor de haven een enorme ijsberg en van Veere kan het ijs worden overgestoken naar Noord-Beveland. Na verloop van tijd komen uit het hele land berichten van doodgevroren mensen; van moeders met hun kinderen en van ouden van dagen, het ene nog triester dan het andere. Begin februari is het voorbij en trekt de winter zich terug. 
In 1776 krijgen Theo en Arjaantje opnieuw een zoon. Deze noemen ze Jan, naar de vader van Theo. In 1778 komt er een nieuwe dominee in Sint Annaland. Hij heet Jan Scharp, is net afgestudeerd in Leiden en met 21 jaar nog bijzonder jong. En vol idealen. Hij voelt er niets voor zich neer te leggen bij de wens van veel gemeenteleden Datheen te blijven zingen. De liefde voor het oude en het afwijzen van het nieuwe, alleen omdat het nieuw is, staat hem tegen. Blijkbaar weet hij steun te krijgen, want mei 1779 wordt de nieuwe psalmberijming dan toch ingevoerd. Al het jaar erop komt een einde aan zijn verblijf in Sint Annaland en vertrekt hij naar Axel.

het keuren van de mede
In 1784 wordt bij Theo en Arjaantje een zoon geboren, Pieter, en twee jaar later dan toch een meisje, Cornelia. De ouders van Theo zijn er allebei getuige van. Maar niet voor lang; in 1787 overlijdt Theo´s vader; hij is 61 jaar geworden. Het zijn voor de familie jaren waarin veel verandert. Zo bij elkaar gezet lijkt er nooit rust te zijn, maar dat is niet reëel. Er zijn ook jaren achtereen waarin het lente wordt, de dijken vol met bloemen staan, het werk z'n normale loop heeft, en de winter niet maandenlang het hele leven lam legt. Jaren waarin gezinnen in september wegtrekken om als drijver, droger, stamper of anderszins te werken in de meestoven op Schouwen en Flakkee en pas in het voorjaar, in de loop van maart of april, terugkomen om dan weer een paar maanden in en rond Sint Annaland te werken. Een routine die van de ene generatie op de andere het levensritime bepaalt. Vergeleken met veel gewone landarbeiders en al helemaal met veel mensen in de steden, hebben zij het goed. En met het ontbreken van een alternatief voor de kostbare rode verfstof die de meekrapteelt oplevert, zal dat voorlopig ook wel zo blijven. 
Theo en Arjaantje hebben hun huis ingericht zoals zoveel landarbeiders. Het geheel is niet rijk en luxueus, maar het nodige is aanwezig. Het huis wordt warm gehouden door het vuur onder de schouw, voor zover dat tijdens lange strenge winters mogelijk is. Bij de schouw wordt ook het eten gekookt en klaar gemaakt. Aan het hangijzer hangt de kookpot en onder de schouw ligt de ijzeren plaat en bevinden zich de staande ijzers. De gerookte worst hangt met ham en spek aan de zolder. In de schuur staan wat spullen voor het werken op het land. Een kruiwagen, een greep en een kiemmand die gebruikt wordt voor het verzamelen van de loten van tweejarige meekrapplanten.
In 1792 wordt dochter Adriana geboren. In 1794 breekt dysenterie uit, ook wel Rode Loop genoemd. Al maanden heerst deze ziekte die ernstige buikloop veroorzaakt en nog is het niet voorbij. De ziekte treft veel gezinnen, en doordat de ziekte erg besmettelijk is, vaak ook meerderen uit een gezin. Op 22 november overlijdt Cornelia kort voordat ze acht jaar zou worden en twee weken later ook de vrouw van Theo. Het was tot dan toe zo goed gegaan. Alle kinderen hebben het de eerste jaren na de geboorte gered en dat is in de meeste gezinnen wel anders. En nu staat Theo er ineens alleen voor. Marcus redt zich al wel, hij is tenslotte al negentien, maar hoe anders is het voor de kleine Adriana. 


In het huis van Theo en Arjaantje is veel onzeker. En ook daarbuiten. De Franse legers hebben tijdens de afgelopen mooie zomer in korte tijd België veroverd en ook Brabant en Zeeuws-Vlaanderen. De grote rivieren en de door de Hollander onder water gezette gebieden, hebben hun opmars naar het Noorden tot nu toe gestuit, maar de eerste week van december is het gaan vriezen. De vrees is nu dat de vorst zo doorzet dat ook de grote rivieren onder een dikke ijsvloer komen te liggen. In dat geval zou er geen houden aan zijn. Vanaf het midden van de maand wordt het snel kouder en vriezen de kleinere rivieren dicht. Na de kerstnacht met strenge vorst, wordt het wat zachter en vatten de prinsgezinden moed, maar in januari 1795 wordt het weer gemeen kouder bij een straffe oostenwind en wat sneeuw. In het midden van de maand vriest het dat het kraakt en vertrekt Willem V naar Engeland. Het is een verloren zaak. Het water waarachter het zo veilig leek, vormt nu een korte route naar de hoofdstad. De oorlogsvloot ligt vastgevroren in het Nieuwe Diep en geeft zich zonder strijd over. In de loop van februari wordt het hele land bezet. Ook het eiland Tholen en het gaat zonder slag of stoot. Het is een drama voor de prinsgezinden. Het is feest voor de Patriotten die al lang uitgekeken waren op de overheden met hun aanhang en hun privileges; zij richten vrijheidsbomen op in de centra van dorpen en steden en dansen er hun rondjes om, bevrijd en vol verwachting van de nieuwe tijd.  
Temidden van deze onrust tussen hoop en vrees, gaat het leven voor Theo door. Zoals gebruikelijk wordt, nu zijn vrouw is overleden, door de weeskamer het bezit beschreven en wordt de waarde ervan vastgesteld om zo de erfenis van de kinderen als erfgenamen te bepalen. Maart 1795 wordt het hele huis tot en met de kleinste voorwerpen beschreven; het huis, de schuur, het hof, maar ook de Bijbel en de potten en pannen in de kast. Theo zet zijn handtekening onder deze opsomming. Een eenvoudige handtekening is het. Niet van iemand die niet schrijven kan, maar ook niet van iemand die gewend is veel te schrijven.   


Theo is 39 als hij bijna een jaar na het overlijden van Arjaantje op 20 september 1795 in het huwelijk treedt met de negen jaar jongere Maria Verhole. Het gezin kan dan in zekere zin de draad weer oppakken. Een jaar later wordt een dochter geboren. Ze noemen haar Cornelia, zoals haar overleden zus, en daar kijkt niemand van op. Het is zoals in die situatie nou eenmaal met het geven van een naam wordt omgegaan. In 1797 volgt Plonia en in 1799 Johanna.
Op 14 april 1800 overlijdt de moeder van Theo. Ze is 74 jaar geworden. De wereld verandert gaandeweg nu de Fransen steeds meer invloed doen gelden. Er zijn wetten gemaakt die voor de hele Republiek gelden ten aanzien van het strafrecht en het stemrecht. Ook zijn de straffen milder geworden en is een eind gemaakt aan verhoormethoden als de pijnbank. Openbare geseling en het brandmerken  van veroordeelden blijft wel. Het laatste is vooral van belang om in geval van verbanning te weten wat iemand op zijn kerfstok heeft. 
Nog steeds verwacht een groot deel van de bevolking dat ze met de Fransen beter af zijn dan onder het oude regime. De bevrijdingsactie van 1799 door Engelse en Russische soldaten in Noord-Holland kreeg daarom niet de steun die het nodig had om tot een succes te worden. Na gevechten om Castricum op 6 oktober, waarbij ongeveer vierduizend soldaten omkwamen, trokken de geallieerden zich terug en scheepten ze zonder blijvend resultaat weer in. 
Februari 1802 wordt opnieuw een dochter geboren in het gezin van Theo en Maria. Christina heet ze. Twee maanden later, op 25 april 1802 trouwt Marcus met Pieternella van den Bogaart. Hij gaat het huis uit, maar blijft wel in Sint Annaland wonen. Althans, in de zomer, want van september tot maart werkt hij in de meekrap buiten het eiland. In het jaar van hun trouwen gaan ze in september naar Flakkee om op de meestoof bij Stellendam te gaan werken en daar wordt ook hun zoon geboren die ze naar Theo vernoemen. Weer terug in Sint Annaland kopen ze daar een huis. In 1805 opnieuw een kleinzoon voor Theo en Maria, Jan, en twee jaar later weer een, Pieter. Beide keren gaat het goed met de jongetjes en hun moeder.
In het onderwijs wil de overheid het nodige veranderen. Ze neemt niet langer genoegen met het geven van les in een enkel lokaal. Er moet klassikaal les gegeven gaan worden. Naast de kerk is in het dorp nu een tweelokalig gemeenteschool gebouwd. Toch zal er in de praktijk nog niet veel terecht komen van de bedoelde verbetering van het onderwijs. Daarvoor zijn te veel kinderen maandenlang weg of in en rond het eigen dorp aan het werk. 
In 1808 breekt bij een zware storm de dijk door van de Suzannapolder boven Sint Annaland, maar het dorp blijft droog. Later in dat jaar overlijdt Neeltje, de schoonzus van Theo die getrouwd was met zijn broer Pieter, die veldwachter is in Sint Annaland.
Op zaterdag 26 januari 1811 wordt Abraham geboren bij Marcus en Pieternella. De economische situatie verslechtert zienderogen. De bedrijvigheid is door het wegvallen van de handel met Engeland teruggelopen en verbetering is voorlopig niet te verwachten. Ook moet voor de Franse hulp fors worden betaald. De vol verwachting onthaalde bevrijders worden meer en meer gehaat. De verbeteringen die zijn doorgevoerd staan in schril contrast met de armoede van zoveel mensen. En daar komt de verplichte militaire dienst nog bij. 
terugtrekkende legers bij passage Berezina
In 1812 vormt Napoleon een enorm leger om ook het grote Rusland eronder te krijgen. Ook Nederlandse jongens en mannen worden erin opgenomen. Na aanvankelijke voortvarendheid gaat het mis als de winter toeslaat. Ze moeten terugtrekken en komen massaal om door vrieskou, uitputting en Russische aanvallen. De bedoelde bevrijding van Europa is uitgelopen op een drama. Het broeit onder de mensen en hoewel niet overal en zeker niet massaal, wordt uit protest steeds vaker openlijk oranje gedragen. Een steeds groter deel van de bevolking hoopt en verwacht dat met hulp van buitenlandse troepen de Fransen eruit gegooid kunnen worden. 
Juni 1812 trouwt Theo´s broer Pieter die dan vier jaar weduwnaar is geweest, met Elizabeth Kaashoek. Ze is nog maar eenentwintig jaar en Pieter is al zestig. Elizabeth is min geweest, een voedster, die kinderen van anderen, al dan niet tegen betaling, borstvoeding geeft. Het was voor welgestelden lange tijd gewoon dat ze hun kinderen lieten voeden door een min, maar dat is de afgelopen jaren veranderd. Het is ook voor hen gewoner geworden zelf het eigen kind borstvoeding te geven. 
In het voorjaar van 1813 wordt door Napoleon toch weer een leger geformeerd en deze keer vallen ook zeventienjarigen onder de dienstplicht. Ook deze soldaten zien de meeste ouders en gezinnen nooit meer terug. 
Juli van dat jaar wordt Adriaan geboren bij Marcus en Pieternella. Bijna twee maanden later overlijdt Theo, op maandag 30 augustus 1813. Hij is 57 jaar geworden en heeft de bevrijding van de Nederlanden niet meer mee mogen maken.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten